Bijlage bij LCI-richtlijn Mpox

 

Inventariseer contacten vanaf het ontstaan van systemische verschijnselen bij de index, zoals koorts of vanaf 2 dagen voor het ontstaan van de huiduitslag (rash).

Onderstaande inschatting en maatregelen hebben betrekking op MPXV clade I en clade II.

De indeling in de risiconiveaus is aangepast op basis van nieuwe inzichten over de secundaire transmissiekansen bij MPXV clade II en houdt rekening met onzekerheden in de transmissieroutes bij MPXV clade I. Uit de uitbraak in 2022, veroorzaakt door MPXV clade IIb, blijkt dat een infectie met MPXV clade IIb voornamelijk wordt overgedragen via seksueel contact. De kans op respiratoire transmissie tussen index en contact in het geval van een infectie met MPXV clade II wordt als verwaarloosbaar beschouwd. Ook MPXV clade Ib wordt overgedragen via seksueel contact, maar hoe groot de rol precies is van respiratoire transmissie en transmissie via niet-seksueel, direct contact is nog onduidelijk. Bij infecties met MPXV clade I blijkt er een grotere kans op secundaire transmissie te zijn onder gezinscontacten dan bij MPXV clade IIb (Beeson 2023, WHO World Health Organization (World Health Organization ) 2025a, WHO 2025b, WHO 2025c).

Contacten dienen voor de duur van 21 dagen na het laatste blootstellingsmoment de leefregels te volgen. De risico-inschatting en maatregelen zijn een leidraad; maatwerk kan op zijn plaats zijn. Alle andere contacten die niet zijn opgenomen in de voorbeelden (waaronder korte sociale interacties, collega's op het werk, contacten in een wachtkamer, personen die fitnessapparatuur delen, etc.) worden als contacten met een verwaarloosbaar risico beschouwd waarvoor geen specifieke maatregelen nodig zijn.

Actieve monitoring: onder actieve monitoring wordt verstaan dat de GGD Gemeentelijke gezondheidsdienst (Gemeentelijke gezondheidsdienst ) actief contact opneemt met het contact om lichaamstemperatuur en klachten te inventariseren. Uiteraard blijft het verzoek aan het contact om zichzelf direct bij de GGD te melden bij het ontstaan van klachten in de vorm van huiduitslag (maculopapuleuze uitslag met blaasjes, pustels, pokken), of atypische klachten zoals koorts, hoofdpijn, moeheid, spierpijn, rugpijn, malaise, gewrichtspijn en/of gezwollen lymfeklieren).

Passieve monitoring: met passieve monitoring wordt bedoeld dat het contact klachten in de gaten houdt en dagelijks de huid controleert. Bij het ontstaan van klachten in de vorm van huiduitslag (maculopapuleuze uitslag met blaasjes, pustels, pokken), of atypische klachten zoals koorts, hoofdpijn, moeheid, spierpijn, rugpijn, malaise, gewrichtspijn en/of gezwollen lymfeklieren is het verzoek aan het contact om zich direct te melden bij de GGD.

Hoogrisicocontacten

Soort blootstelling

  • Slijmvlies-slijmvliescontact (mond, anus, penis, (neo)vagina, oog)
  • Direct contact met een laesie van de index op (intacte of beschadigde) huid of slijmvliezen (o.a. ogen) van blootgestelde
  • Besmet materiaal in contact met huid of slijmvliezen (o.a. ogen, bovenste luchtwegen) van blootgestelde
  • Gezinscontacten*

*Gezinscontacten zijn personen die het huishouden delen en nauw (huid-huid)contact hebben met de index door bijvoorbeeld frequent knuffelen en het delen van beddengoed, kleding of handdoeken.

Voorbeelden

  • Seksueel contact inclusief zoenen
  • Direct contact bij onderzoek actieve laesies door zorgverlener zonder adequate PBM
  • Schoonmaker die in zorgsetting zonder adequate PBM beddengoed van patiënt verschoont
  • Spatincident met blaasjesinhoud in oog
  • Laboratoriummedewerker die zonder adequate PBM is blootgesteld aan het virus
  • Een persoon die bijvoorbeeld kleding of beddengoed deelde terwijl de index laesies had

Maatregelen

  • Bij een (verdenking op) clade I is het advies om zoveel mogelijk thuis te blijven (bij voorkeur quarantaine).* Indien dit niet mogelijk is dan gelden, tot 21 dagen na laatste blootstellingsmoment, de volgende leefregels (zowel clade I als II):
    • Zie af van intensief huid-huid-, slijmvlies-huid- en slijmvlies-slijmvliescontact, waaronder seksueel contact en zoenen.
    • Vermijd direct of intensief contact met personen met een verhoogde kans op een ernstig verloop (zwangeren, immuungecompromitteerden en kinderen). Indien nodig weren van werk.
    • Pas goede handhygiëne toe.
    • Doneer geen bloed.
    • Houd klachten in de gaten, controleer je huid en meet dagelijks je temperatuur.
    • Blijf bij klachten (zie boven) of koorts thuis, neem contact op met de GGD Gemeentelijke gezondheidsdienst (Gemeentelijke gezondheidsdienst ) en laat je testen.

*Wanneer meer wetenschappelijk bewijs beschikbaar komt over de transmissieroutes kan dit in de toekomst mogelijk worden aangepast.

Monitoring

  • Actieve monitoring.
  • Bij clade II neemt GGD 1x per week contact op tot 21 dagen na laatste blootstellingsmoment.
  • Bij (verdenking op) clade I neemt GGD 3x per week contact op tot 21 dagen na laatste blootstellingsmoment.

PEP postexpositieprofylaxe (postexpositieprofylaxe )-vaccinatie

  • Ja. (NB. Indien een contact een volledige pre-expositievaccinatieserie voor mpox heeft gehad, is post-expositievaccinatie niet nodig, ook niet als het contact immuungecompromitteerd is.)

Laagrisicocontacten

Soort blootstelling

  • Langdurig intensief face-to-face-contact (<1,5 m zonder mond-neus-masker)*

*Inschatting is aan de professional en afhankelijk van de context. Als maatstaaf kan zo nodig cumulatief meer dan 2 uur worden beschouwd als langdurig contact.

Voorbeelden

  • Samen in een auto zitten
  • Direct links of rechts naast de index zitten in een vliegtuig

Maatregelen

  • Informeren en waarschuwen.
  • Tot 21 dagen na het laatste blootstellingsmoment:
    • Houd klachten in de gaten en controleer je huid.
    • Pas goede handhygiëne toe.
    • Blijf bij klachten (zie boven) of koorts thuis, neem contact op met de GGD Gemeentelijke gezondheidsdienst (Gemeentelijke gezondheidsdienst ) en laat je testen.

Monitoring

  • Passieve monitoring

PEP postexpositieprofylaxe (postexpositieprofylaxe )-vaccinatie

  • In principe geen PEP-vaccinatie.
  • Overweeg wel PEP-vaccinatie bij personen met een verhoogde kans op een ernstig verloop (zwangeren, kinderen en immuungecompromitteerden). Het  advies is om een individuele afweging te maken van het risico op mpox (aan de hand van de context en type clade) ten opzichte van de werkzaamheid en bijwerkingen van het vaccin (zie LCI-richtlijn Mpoxvaccinatie, paragraaf Bijzondere groepen; en LCI-richtlijn Mpox, paragraaf Verhoogde kans op ernstig beloop). Indien een contact een volledige pre-expositie vaccinatieserie voor mpox heeft gehad, is post-expositievaccinatie niet nodig, ook niet als het contact immuungecompromitteerd is.

Literatuur