LCI (Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding )-richtlijnen gaan over preventie en bestrijding van (meldingsplichtige) infectieziekten en geven informatie over het ziektebeeld, de epidemiologie, transmissie en risicogroepen. De kern van de richtlijnen zijn de preventieve en/of bestrijdingsmaatregelen primair beschreven voor professionals werkzaam binnen de infectieziektebestrijding bij de GGD (Gemeentelijke gezondheidsdienst ) en/of de LCI. De LCI-richtlijnen worden ook gebruikt door andere zorgprofessionals, waaronder vanuit het publieke domein en professionals binnen de eerste- en tweedelijnszorg.
Wat zijn LCI-richtlijnen?
In het portfolio van de richtlijnproducten worden richtlijnen opgenomen over infectieziekten die potentieel bedreigend zijn voor de volksgezondheid en een grote maatschappelijke impact kunnen hebben. Denk daarbij aan een hoge ziektelast, veel zieken of specifieke (kwetsbare) groepen. Daarnaast kunnen deze infectieziekten ook op individueel niveau een substantiële ziektelast veroorzaken (bijvoorbeeld hoge sterfte).
De LCI-richtlijnen geven per infectieziekte een systematisch overzicht van de meest recente kennis over relevante aspecten; landelijke afspraken over de aanpak van de bestrijding en de rol van de GGD (Gemeentelijke gezondheidsdienst ) en andere professionals in de publieke gezondheid betrokken bij de bestrijding.
De LCI-richtlijn bevat:
- Achtergronden: algemene informatie over de aandoening/verwekker;
- hoofdstuk Diagnostiek;
- (Preventieve) maatregelen: maatregelen erop gericht om (verdere) verspreiding te voorkomen (algemene adviezen en maatregelen rond een geval en contacten);
- soms Arbeidsrelevante aanvullingen;
- soms Veterinaire informatie.
Ontwikkeling
Figuur: Proces ontwikkeling LCI-richtlijnen
* Hoofdstuk Diagnostiek volgt een apart proces: commentaar vindt plaats via de NVMM, vaststelling door de
Diagnostiekcommissie.
Voorbereidingsfase
- In het voortraject wordt een knelpuntenanalyse uitgezet bij een Regionaal Overleg Infectieziektebestrijding (ROI). Zij worden gevraagd naar knelpunten bij het gebruik van de huidige richtlijn in de praktijk.
- De auteur van de richtlijn verzamelt aanvullende knelpunten en vragen uit het registratiesysteem van de LCI (CRIos) en eventueel vragen vanuit patiënt- of burgerperspectief.
- Er vindt een startgesprek plaats waarin inhoudelijke en procesmatige afspraken worden gemaakt.
- Het hoofdstuk Diagnostiek, de arbeidsrelevante aanvullingen en veterinaire informatie beginnen (indien van toepassing).
- Er wordt een klankbordgroep geformeerd (bestaande uit minimaal 2 artsen M&G IZB (infectieziektebestrijding ) vanuit de GGD, thema-arts vanuit de LCI, verpleegkundigen IZB, eventueel AIOS IZB en geselecteerde deskundigen).
Ontwikkelfase
- In samenwerking met een klankbordgroep worden de knelpunten omgezet naar uitgangsvragen; deze worden geprioriteerd en relevante uitkomstmaten worden vastgesteld.
- De informatiespecialist verricht de zoekactie.
- De auteur maakt een eerste conceptrichtlijn: actualiseert de achtergronden en werkt de uitgangsvragen uit middels de methodiek voor evidence-based richtlijnontwikkeling zoals beschreven in de LCI-leidraad richtlijnontwikkeling.
- Auteurs van overige onderdelen (hoofdstuk Diagnostiek, arbeidsrelevante aanvullingen en veterinaire informatie) ontwikkelen de desbetreffende hoofdstukken.
Commentaarfase
De commentaarfase bestaat uit twee commentaarrondes: de deskundigenronde en meelezersronde. De focus van de deskundigenronde ligt primair op het nalopen van de achtergronden. Het doel van de meelezersronde is om te toetsen of de aanbevelingen in de richtlijn goed aansluiten bij de praktijk; of deze helder, uitvoerbaar en haalbaar zijn.
Deskundigenronde
In deze ronde wordt de conceptrichtlijn van commentaar voorzien door deskundigen (doorgaans artsen/onderzoekers die de voorgaande jaren over het onderwerp hebben gepubliceerd), bijvoorbeeld deskundige(n) werkzaam:
- in een klinische setting;
- in de openbare gezondheidszorg;
- in een laboratorium buiten het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu );
- als arts-microbioloog vanuit het Centrum Infectieziekteonderzoek, Diagnostiek en laboratorium Surveillance;
- bij het Centrum Epidemiologie en Surveillance van Infectieziekten;
- bij het Landelijk Centrum voor Hygiëne en Veiligheid.
- Als de richtlijn informatie voor zwangeren bevat: Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie.
De auteur(s) maakt een nieuw concept en geeft een schriftelijke verantwoording van de verwerking van de commentaren.
Meelezersronde
In deze ronde wordt de richtlijn van commentaar voorzien door een vaste groep meelezers vanuit de volgende beroepsverenigingen, organisaties of gremia:
- LOI (Landelijk Overleg Infectieziektebestrijding )-redactieraadleden;
- LOI-leden;
- leden van ROI’s via LOI-leden;
- teams of afdelingen infectieziektebestrijding van de GGD’en;
- Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd;
- Nederlands Huisartsengenootschap;
- Landelijk Coördinatiecentrum Reizigersadvisering
- Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.
Indien van toepassing:
- Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde;
- Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie;
- LOI-redactieraad seksuele gezondheid;
- Stichting Werkgroep Antibiotica Beleid (afstemming hoofdstuk Behandeling).
De auteur(s) maakt een nieuw concept en geeft een schriftelijke verantwoording van de verwerking van de commentaren.
Autorisatie- en publicatiefase
De richtlijn wordt besproken tijdens het LOI en vastgesteld. Na de vaststelling publiceert de redactie van de LCI de richtlijn op de website.
Actueel houden van de richtlijnen
De LCI-richtlijnen zijn ‘levende richtlijnen’. Dat wil zeggen dat ze te allen tijde aangepast kunnen worden als de actualiteit daartoe aanleiding geeft. Deze aanpassingen worden altijd vermeld in het versiebeheer op de webpagina van de richtlijn.
De geldigheid van een richtlijn is maximaal 7 jaar. Het streven is om uiterlijk 5 jaar na vaststelling van de richtlijn te beoordelen of actualisering van de richtlijn nodig is. Die keuze wordt gemaakt op basis van:
- literatuuronderzoek;
- het oordeel van een expert;
- het oordeel van de LOI-redactieraad;
- de knelpunteninventarisaties van Regionale Overleggen Infectieziektebestrijding (ROI’s);
- een analyse van de vragen uit het veld in het registratiesysteem van de doorgegeven casuïstiek.
De mogelijke keuzes zijn als volgt:
- Herziening: als er veel wijzigingen noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld in de bestrijdingsmaatregelen van de GGD, is er reden om een volledige herziening te doen. Deze verloopt volgens de herzieningsprocedure beschreven onder ‘Ontwikkeling richtlijnen’.
- Update: soms wordt gekozen voor een beperkte herziening met een actualisering van geselecteerde paragrafen waarin knelpunten spelen of ontwikkelingen hebben plaatsgevonden (bijvoorbeeld een actualisering van de NVMM-paragraaf door de Subcommissie diagnostiek).
- Verlenging: in enkele gevallen volstaat een verlenging van de geldigheid van het product.
Hoofstukken met een aparte procedure
Diagnostiek
De Subcommissie diagnostiek verzorgt in samenwerking met de Nederlandse Vereniging voor Medische Microbiologie (NVMM) het hoofdstuk Diagnostiek van de LCI-richtlijn. Een deskundige arts-microbioloog of aios MMB (NVMM-lid) schrijft het hoofdstuk op verzoek van de Subcommissie diagnostiek. De herziening van het diagnostiekhoofdstuk bestaat uit de volgende onderdelen:
- De Subcommissie bepaalt de auteur en begeleider en instrueert de auteur. De auteur stelt het eerste concept op.
- De Subcommissie beoordeelt het eerste concept en stuurt het vervolgens ter becommentariëring naar de NVMM, die het gedurende 4 weken op de NVMM-website publiceert.
- De auteur verwerkt het NVMM-commentaar en legt het hoofdstuk voor aan de Subcommissie.
- De Subcommissie beoordeelt de laatste versie en stelt het diagnostiekhoofdstuk vast. De LCI-redactie publiceert de wijzigingen op de webpagina van de richtlijn.
Arbeidsgerelateerde aanvullingen
Deze aanvullingen zijn geschreven voor en door bedrijfsartsen en beschrijven de preventieve maatregelen om het oplopen van infectieziekten tijdens werk te voorkomen in het kader van het voorzorgsprincipe (werknemer als risicoloper) en de maatregelen/aanpassingen die genomen kunnen worden bij vaststelling van de infectieziekte bij de werknemer (werknemer als risicovormer). Zie ook Maatregelen bij het werken met biologische agentia (preventie). De arboparagrafen hebben, voor zover van toepassing bij de betreffende infectieziekte, de volgende onderdelen:
- ziekteverschijnselen in relatie tot arbeid
- beroepsgroepen met een verhoogde kans op infectie
- werknemers met een verhoogde kans op ernstig beloop
- preventieve maatregelen op werk
- wering van werk, aanpassing van werkzaamheden
- melden als beroepsziekte
Veterinaire informatie
Zoönosen zijn infectieziekten bij dieren die gevolgen kunnen hebben voor de gezondheid van de mens. De richtlijnen over zoönosen bevatten informatie over diergezondheidsaspecten die relevant zijn voor de preventie en bestrijding van deze ziekten bij de mens. Sinds 2014 wordt deze informatie toegevoegd aan alle zoönoserichtlijnen. Een veterinair deskundige stelt de teksten met veterinaire informatie samen in nauwe samenwerking met het Centrum Zoönosen en Omgevingsmicrobiologie (Z&O) van het RIVM. In de eerste commentaarronde zal een tweede veterinaire deskundige hierop commentaar leveren.
Samenwerkende partijen: LOI, LOI-RR en GGD’en
LOI
Het LOI is in 1995 ingesteld door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en heeft als doel:
- maken van wetenschappelijk verantwoorde afspraken over de medische inhoud ten behoeve van landelijk uniforme bestrijding van infectieziekten;
- signaleren van problemen binnen de landelijke infectieziektebestrijding en hiertoe actie ondernemen;
- bevorderen en bewaken van de kwaliteit van infectieziektebestrijding.
De samenstelling van het LOI is een regionale vertegenwoordiging van GGD’en door artsen infectieziektebestrijding werkzaam bij een GGD;
- vertegenwoordigers van het Landelijk Overleg Verpleegkundigen Infectieziektebestijding;
- deelnemers vanuit CIb (Centrum Infectieziektebestrijding )/LCI, GGD GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio) Nederland, IGJ, LCR (Landelijke Coördinatiecentrum Reizigersadvisering ), LOI Redactieraad, LCHV (Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid ), RAC (Regionaal Arts Consulent ), NCVB, NVMM en Departement Zorg-Vlaanderen.
Het LOI heeft een onafhankelijke voorzitter. Het secretariaat wordt verzorgd door de LCI. Het organiseren en uitvoeren van overleggen (tenminste 5 per jaar) is vastgelegd in de statuten van het overleg.
LOI-redactieraad
De LOI-redactieraad (LOI-RR) is in 2000 ingesteld op verzoek van het Landelijk Overleg Infectieziektebestrijding. De voorzitter van de LOI-RR is de coördinator Richtlijnontwikkeling & Infectiepreventie van de LCI. Het secretariaat wordt verzorgd door de LCI. Het organiseren en uitvoeren van overleggen (tweemaal per jaar) van de LOI-redactieraad is vastgelegd in de statuten van het overleg. De LOI-RR:
- creëert optimale procedures voor het tot stand komen en herzien van richtlijnen infectieziektebestrijding;
- maakt wetenschappelijk verantwoorde afspraken over de opzet en inhoud van LCI-richtlijnen ten behoeve van een landelijk uniforme bestrijding van infectieziekten;
- prioriteert de herziening van richtlijnen;
- signaleert problemen bij de ontwikkeling en gebruik van de LCI-richtlijnen en aanverwante producten binnen de landelijke infectieziektebestrijding en onderneemt hierop actie.
De LOI-RR bestaat uit de volgende leden:
- artsen infectieziektebestrijding werkzaam bij een GGD, waarvan ten minste 1 lid in het LOI participeert;
- een vertegenwoordiger van de redactieraad van het Landelijk Overleg Verpleegkundigen Infectieziektebestrijding;
- vertegenwoordigers vanuit Redactieraad Seksuele Gezondheid, DVP, LCR, NVMM, NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit ) en Departement Zorg-Vlaanderen.
GGD’en
De infectieziekten professionals werkzaam binnen de GGD’en zijn nauw betrokken bij elke stap in het ontwikkelproces. De knelpuntenanalyse wordt door de secretaris van de LOI/LOI-RR uitgezet binnen de ROI-regio waarin zich recente casuïstiek heeft afgespeeld. Dezelfde regio zal bevraagd worden voor participatie in de klankbordgroep indien dit van toepassing is. In de meelezersronde zullen 2 andere regio’s bevraagd worden voor becommentariëring van de richtlijn. De richtlijn wordt vastgesteld door regio- en LOVI (Landelijk Overleg Verpleegkundigen Infectieziektebestrijding )-vertegenwoordigers die werkzaam zijn binnen een GGD en deelnemen aan het LOI.
Met de huidige omvang (anno 2025) en herzieningsfrequentie van de richtlijnproducten worden per GGD-regio jaarlijks 2 tot 4 knelpuntenanalyses uitgevoerd en worden de regio’s 4 tot 8 maal benaderd voor een meelezersronde. De frequentie is afhankelijk van de regionale omvang, bepaald door het aantal inwoners.