Artikel 26-meldingen Wpg instellingen Draaiboek
Hoofden van instellingen moeten een ongewoon aantal zieken met maag- en darmaandoeningen, geelzucht of huidaandoeningen melden, of een andere ernstige aandoening van vermoedelijk infectieuze aard.
Bijvoorbeeld:
- vlekjesziekten op kinderdagverblijven;
- uitbraken van diarree;
- luchtweginfecties in instellingen.
Met instellingen wordt bedoeld:
- verpleeghuizen;
- ziekenhuizen;
- verzorgingshuizen;
- instellingen voor verstandelijk gehandicapten;
- residentiële jeugdinstellingen;
- semi-residentiële jeugdvoorzieningen;
- kinderdagverblijven;
- scholen voor basisonderwijs;
- aanmeld- en opvangcentra voor asielzoekers;
- opvang voor dak- en thuislozen.
Uitgezonderd zijn samenlevingsvormen die vergelijkbaar zijn met een gezinssituatie.
Zie ook
Adenovirusinfecties Richtlijn
Antrax Richtlijn
COVID-19 Richtlijn
Campylobacter-infecties Richtlijn
Chlamydia pneumoniae Richtlijn
Cryptosporidiose Richtlijn
Cholera Richtlijn
Clostridium difficile Richtlijn
CMV-infectie Richtlijn
Giardiasis Richtlijn
Groep A-streptokokkeninfectie Richtlijn
Hand-voet-mondziekte Richtlijn
Hepatitis A Richtlijn
Hepatitis B Richtlijn
Legionellose Richtlijn
Listeriose Richtlijn
Mazelen Richtlijn
Meningokokken-meningitis en -sepsis Richtlijn
Norovirus Richtlijn
Paratyfus Richtlijn
Parvovirus B19-infectie Richtlijn
Pneumokokkenziekte Richtlijn
Polio Richtlijn
Rodehond Richtlijn
Rotavirus Richtlijn
RSV-infectie Richtlijn
Salmonellose Richtlijn
Scabiës Richtlijn
Tinea capitis Richtlijn
Waterpokken Richtlijn