Richtlijn Prikaccidenten herzien

De herziene Landelijke Richtlijn Prikaccidenten staat sinds gisteren online. De herziening is vastgesteld door het LOI op 5 april 2019.

De richtlijn is herzien door een werkgroep van experts die in 2017-2019 driemaal bij elkaar kwam. Aan de hand van een aantal onderzoeksvragen die voortkwamen uit een knelpuntinventarisatie, is de stand van zaken met betrekking tot de richtlijn doorgenomen. De richtlijn is hierop aangepast.

Nieuw en anders in deze richtlijn ten opzichte van de vorige versie:

  • Een schema met een samenvatting van het stappenplan is toegevoegd.
  • Wondreiniging: is deels aangepast aan het nieuwe NHG-advies voor wondzorg, met de uitzondering dat na een prikaccident desinfectie met een huiddesinfectans noodzakelijk blijft. Bij een mensenbeet is profylaxe met antimicrobiële middelen aangewezen volgens NHG-Behandelrichtlijn Traumatische wonden en bijtwonden.
  • Risico-inschatting van een accident: de tabel is geactualiseerd. Belangrijkste wijzigingen: 1. Nuancering verwonding door glucosenaald (zgn. dunne glucosenaald (≥27 Gauge) in glucosemeters is laag risico en holle naald (<27 Gauge) of losse lancet gebruikt voor vingerprik is hoog risico). 2. Toevoeging van verdovingsnaald in mondzorgpraktijk. 3. Lay-out en legenda.
  • Hepatitis B-status: de richtlijn adviseert bij de beoordeling van de immuunstatus van blootgestelde alle drie HBV-markers (anti-HBs, anti-HBc en HBsAg) in één keer te bepalen.
  • De leeftijdsgrens voor iemand met een verhoogde kans op non-respons is verlaagd naar >40 jaar (was >50 jaar) conform de LCI-richtlijn hepatitis B.
  • De tabel ‘groepen met een verhoogd risico’ is aangepast.
  • Maatregelen ten aanzien van hepatitis C: de richtlijn adviseert na 1 maand en na 3 maanden HCV-RNA te bepalen.
  • Maatregelen ten aanzien van hiv: de richtlijn adviseert om de hiv-immuunstatus van blootgestelde te controleren voordat met PEP wordt gestart. De indicaties voor PEP zijn veranderd. Na een accident met een bewezen hivpositieve bron die bekend is met een niet-detecteerbare viral load (<200 copies HIV RNA/ml, gemeten in de afgelopen 0-12 maanden) en na overleg met de behandelaar zijn er geen maatregelen nodig. De termijn voor nacontrole is aangepast van 6 naar 3 maanden na blootstelling (of 4 maanden als PEP is gebruikt, oftewel 3 maanden na het beëindigen van PEP).
  • De toelichting over de juridische aspecten bij het achterhalen van de serostatus van de bron is geactualiseerd.
  • Bijlage V Arbowet en regelgeving is toegevoegd.
     

​​​​​Van de samenvattingskaart van de richtlijn is tevens een nieuwe versie gemaakt.​​